Paula Vrolijk – In deze scriptie wordt getracht meer duidelijkheid te verkrijgen over de totstandkoming van de taakverdeling binnen het ouderschap in Nederland. Praktische, culturele en persoonlijke invloeden die mogelijk een rol spelen, en de mogelijke interactie tussen deze invloeden, zullen hierbij naar voren komen. De vraag die binnen dit onderzoek centraal staat is: Hoe ervaren Nederlandse stellen met jonge kinderen de verschillende invloeden die mogelijk een rol spelen bij de taakverdeling binnen hun ouderschap? Om deze vraag te beantwoorden zijn duo-interviews gehouden met stellen met jonge kinderen. Vader en moeder zijn tegelijk geïnterviewd om zo een vollediger beeld te laten ontstaan van de totstandkoming van de taakverdeling binnen het ouderschap. Uit de resultaten komt naar voren dat bijna alle moeders minder werken dan de vaders. Wanneer de ouders echter samen zijn, dragen zij gelijkwaardig bij aan de zorg. De meeste moeders gaven wel aan meer controle te hebben over de verzorging van de kinderen. Concluderend kan gesteld worden dat het ideale beeld van ouderschap, de taakverdeling van de eigen ouders en het vertrouwen in de opvang door derden een rol spelen bij het wel of niet wensen dat vaak of altijd een ouder thuis is. Daarnaast speelt de flexibiliteit van het werk en de waarde die men hecht aan het werk een grote invloed bij de bepaling wie vervolgens meer thuis blijft en wie meer gaat werken. Tenslotte spelen wellicht biologische processen volgens de respondenten een rol. Er lijkt daarom een interactie te bestaan tussen alle verschillende soorten invloeden.
-
‘We vullen elkaars zwakke punten aan’: De rol van praktische, culturele en persoonlijke invloeden bij de taakverdeling binnen ouderschap